Grote regionale verschillen in bereidheid om te verduurzamen

Er zijn grote regionale verschillen in bereidheid om te verduurzamen, vooral tussen Zuid- en Noord-Nederland. Dat blijkt uit onderzoek onder ruim 600 Nederlanders door onderzoeksbureau Memo2 in opdracht van Centraal Beheer. Directeur Marteyn Roose: “Maar Nederlanders ervaren allemaal dezelfde barrières om de stap naar verduurzamen te zetten. We moeten dit veel makkelijker gaan maken”. Het goede nieuws: verduurzamen smaakt meestal naar meer.

75% van de Nederlanders vindt het belangrijk om je woning te verduurzamen en 49% wil hier de komende drie jaar iets in doen. Opvallend hierbij is het grote regionale verschil. 89% van de mensen uit Zuid-Nederland (Zeeland, Noord-Brabant, Limburg) vindt verduurzamen (heel) belangrijk, tegenover 63% van Noord-Nederland (Groningen, Friesland, Drenthe). 58% van de mensen uit het zuiden heeft ook de intentie om binnen drie jaar iets te doen om hun huis te verduurzamen, waar dit in het noorden op 40% zit. Het blijft niet bij goede voornemens: de afgelopen drie jaar heeft in Zuid-Nederland 57% van de huiseigenaren iets verduurzaamd, tegenover 46% in het noorden van het land.

Een belangrijk signaal voor lokale overheden
Marteyn Roose, directeur Particulieren Centraal Beheer, onderdeel van Achmea: “Een opvallend inzicht. Komt dit doordat het zuiden afgelopen jaar de gevolgen van klimaatverandering van dichtbij heeft meegemaakt, met de overstromingen in Limburg? Dat zou een mogelijke verklaring kunnen zijn. Het is een belangrijk signaal voor de lokale overheden. Hoe kunnen ze hun burgers meer doordringen van het belang van verduurzaming? Kunnen ze leren van regio’s waar de bereidheid tot verduurzaming veel hoger is? En vooral, hoe kunnen ze het burgers makkelijker maken om de stap te nemen?”

“We zien in heel Nederland dat de grootste barrière om te verduurzamen is dat mensen wachten op duidelijkheid vanuit de overheid over subsidies. Hier is werk aan de winkel voor lokale overheden. Maar hier hebben wij als branche ook een rol in. En ook wij voelen deze verantwoordelijkheid als dienstverlener. We onderzoeken op dit moment in een pilot welke rol wij kunnen spelen om het subsidieproces makkelijker te maken voor Nederlanders” .  

Verduurzamen valt achteraf mee
Maar er is ook goed nieuws: de drempels om te verduurzamen worden kleiner als je al eens iets gedaan hebt om je huis duurzamer te maken. Van deze groep wil 61% ook de komende jaren iets doen om hun huis verder te verduurzamen. Zij zien veel minder barrières dan de groep die nog niet verduurzaamd heeft. Nederlanders zien het meest op tegen subsidie regelen (32%), vooral in het oosten en zuiden van het land. Ook troep in huis tijdens installatie vinden we erg vervelend (31%), vooral vrouwen (40%, tegenover mannen 24%). Zij zien er ook relatief vaak tegenop om het project te starten. Roose: “Hier zie je dat verduurzamen uiteindelijk makkelijker is dan vooraf gedacht. Ook van onze klanten horen we regelmatig terug dat de installatie reuze meeviel. We moeten mensen dus ook met ervaringsverhalen enthousiasmeren”.

Win-win-win situatie
De belangrijkste reden om te verduurzamen is besparen op de energierekening, dit geldt voor 96% van de Nederlanders. Daarna volgt meer comfort (86%) en positief effect op het klimaat (82%). Roose: “Verduurzamen is voor veel Nederlanders een win-win-win situatie. We verwachten dat de behoefte om te verduurzamen alleen maar groter wordt. De energierekening schiet omhoog en er ontstaat door de situatie in Oekraïne meer bewustzijn bij Nederlanders over onze afhankelijkheid van Russisch gas.”

Hoewel het algemene beeld is dat klimaatverandering vooral een thema is onder jongeren, blijkt uit dit onderzoek juist dat hoe ouder mensen zijn, hoe belangrijker ze verduurzaming van hun eigen woning vinden. Bij jongeren tot 35 jaar geeft 72% aan verduurzamen (heel) belangrijk te vinden, tegenover 83% bij mensen van 70 jaar en ouder. Roose concludeert: “Hier speelt ongetwijfeld ook een stuk tijdsgebrek in mee, om je in verduurzamen te verdiepen. Wij zijn er echt van overtuigd dat we verduurzamen veel makkelijker moeten maken. Hier hebben lokale overheden een rol in, maar wij als branche ook. Door dit soort inzichten weten we beter aan welke knoppen we kunnen draaien om Nederland te vergroenen. Daar blijven wij ons de komende jaren volop voor inzetten.”